‘T Olde Maat Uus door Hans Bogers
De eerste keer, dat ik fysiek en bij volle bewustzijn kennismaakte met Giethoorn, is geweest in de laatste week van augustus 1976. De zogenaamde introductieweek van de Nederlandse Politie Academie in Apeldoorn. Een soort Blauwe Ontgroening aan het begin van de officiersopleiding. Onderdeel van die week was een dagje punteren in Giethoorn bij Smits paviljoen. Het werd een onvergetelijke maar o zo natte kennismaking met Giethoorn en ik had niet het idee, dat ik later ooit nog eens terug zou komen in die waterige contreien. Hoe anders zou het lopen, want 10 jaar later belandde ik in Steenwijk op een steenworp afstand van dat prachtige Venetië van het Noorden. En één van mijn eerste beroepsgerelateerde activiteiten was het optreden in hotel De Harmonie voor een vereniging van plattelandsvrouwen. Een optreden, dat wegens het ontbreken van een piano, helaas, of misschien ook wel gelukkig, niet doorging. Een jaar later werd ik lid van een zwemclubje in Steenwijk, waar ook een batterij Gietersen aan meedeed, zoals Gerrit Meutgeert, Henk Smit, Herman Nieweg, Eric Klumpers en af en toe nog een losse zwemfanaat. Een zwemclubje, dat vanwege commerciële redenen ter ziele ging. Een verlies , waar tot op de dag vandaag nog om wordt getreurd. Net als over die ene gulden, die ooit op onverklaarbare wijze in de kleedruimte van De Waterwyck verdween.
En jaren later, bivakkeerde ik als lid van de ondernemingsraad van politie Fryslân, een paar dagen in het hotel tegenóver De Harmonie, dat van De Dames van De Jonge. Één van die dames was Gabriëlla Esselbrugge, die later nog eens uitgebreid optrad in een oudejaarsprogramma van de Slos. In Friesland werkte ik af en toe samen met de teamchef van Bolsward, Manette Baggen. Dezelfde Manette, die ik tegenwoordig zo af en toe nog wel eens tegenkom op de markt van Steenwijk. Haar politiekloffie hangt inmiddels aan de wilgen, en zij heeft zich als Gieterse ontpopt als een zeer gewaardeerd lid van het bestuur van Giethoorns Plaatselijk Belang. Ook leerde ik uitgever en JC Bloem liefhebber, Cees Duine kennen. En met hem galeriehoudster Ineke Rhee, die mij ooit eens uitnodigde voor de eerste vernissage van mijn leven. Een ware belevenis, waar daarvoor mijn kennis van vernissages zich beperkte tot wat ik af en toe wel eens zag bij detectives op TV.
Ik wil hier trouwens ook niet onvermeld laten, dat mijn zoon Willem een tijdje gewerkt heeft bij La Venetia, de pizzeria waar hij z’n zakcentjes verdiende in de afwaskeuken. Die pizzeria bestaat niet meer, maar het bijbehorende T-shirt heb ik zelfs nog tijdens de laatste vierdaagse gedragen.
Ja, zo successievelijk heb ik in mijn bestaan toch heel wat momentjes Giethoorn meegepikt al valt mijn museum van Gieterse herinneringen natuurlijk volledig in het niet bij wat ’T Olde Maat Uus te bieden heeft.