Troostmannen door Hans Bogers
In de maand juli van het jaar Onzes Heren 1977 ben ik voor het eerst van mijn leven het gevecht tegen overgewicht aangegaan. Een memorabel moment. Ik weet nog precies de reden. In twee maanden wist ik met behulp van het hardgekookte eieren dieet en hard trainen mijn gewicht van 90 kilo terug te brengen naar 74 kilo. Het gewicht, dat volgens BMI Bartjens paste bij mijn lengte. Eind augustus 1977 was ook het begin van een periode van 40 jaar van hoogte- en dieptepunten. Later zo voortreffelijk verwoord door burgemeester Jurriën-Jan Hoeksema: “De eeuwige deining van aankomen en afvallen”. En het zullen in die jaren vele honderden kilo’s zijn geweest, die ik ben aangekomen, afgevallen en weer aangekomen. Misschien reken ik dat ooit nog eens precies uit, maar zo’n 20 kilo per jaar moet het zeker zijn geweest. En de luisteraar mag van mij aannemen, dat het een ongelooflijke strijd is geweest, die ongetwijfeld nog niet definitief gestreden is. Ik ben wat je noemt een Jojo’er pur sang en ik begrijp als geen ander hoe machteloos een mens zich kan voelen, als hij weer eens tegen beter weten in en voor de zoveelste keer Bourgondisch zit te genieten, broekband verwijdend zit te kanen, zeg maar. Om nog maar niet te spreken over uitdagende koel- en proviandkasten of alle noodzakelijk feestjes, herdenkingen en in Limburg zelfs begrafenissen, die, begeleid door allerlei heerlijkheden,dienen te worden beleefd. Ik weet ook hoe slim een mens wordt om niet telkens last te hebben van weer zo’n periode van bijna onontkoombaar overgewicht. Daar zijn diverse methoden voor. De meest voor de hand liggende is de aanschaf van ruimere kleding. Zo heb ik zelf een drietal maten aan kledingsstukken in de kast liggen en hangen. Dun, gezet en volvet. Maar een paar jaar geleden ontdekte ik bij toeval een nieuwe methode. Hoewel de originele benaming een droevige achtergrond heeft, is hij zonder enige twijfel van geruststellend nut voor dikkerds zoals ik die eigenlijk niet dik willen zijn: de troostman. Als ik zo’n troostman zie, zo’n figuur, die veel zwaarder is dan ik, dan is dat voor mij een vleesgeworden troost en dan denk ik: “Het kan dus erger” en neem ik nog een hap en een slokje wijn. En als je eenmaal het effect van een troostman hebt ervaren, dan is het alsof de hele wereld bestaat uit troostmannen en word je, als je op een terrasje zit, regelmatige getroost. Vooral in de zomer- en lentetijd natuurlijk.
Troostmannen hebben kennelijk de neiging om graag in korte broek rond te banjeren. Vaak dragen ze daarbij een overhemd (tentmaat)die ze vergeefs binnen de broeksband hebben geprobeerd te houden. Troostmannen zijn ook herkenbaar aan plakkerig haar en bezwete hoofden. Troostmannen voeden de gedachte, dat zolang ze bestaan, het met mijn gewicht nog wel meevalt. Bedankt.