De ophokplicht door Hans Bogers
Wat ieder weldenkend mens al lange tijd zag aankomen: Het einde van de ontspanning. Alle ideeën over het onder de knie krijgen van het covid-19 virus, alle goede bedoelingen, maatregelen en alle optimisme over een wellicht enigszins aangepaste nieuwe tijd, dat alles ten spijt, het virus is niet verslagen en zal ons de komende tijd nadrukkelijk in zijn greep houden. En hoe dat komt? Joost mag het weten. Al zijn er natuurlijk wel wat oorzaken te bedenken. Oorzaken, die grofweg en voor discussie vatbaar zijn natuurlijk, te verdelen zijn in twee categorieën. De eerste is het virus zelf, dat zich gewoonweg nog niet heeft laten temmen en de tweede zijn wij . Ons onwankelbare geloof in die enigszins aangepaste toekomst heeft ons doen vergeten, dat we in het heden leven, de dag van vandaag, en niet in de toekomt! Anticiperen op de toekomst is mooi maar heeft ook zo z’n nadelen. Weten, dat we er nog lang niet zijn, houdt in, dat we niet moeten doen alsof we er al zijn. Misplaatst optimisme zou je dat kunnen noemen. Waarschuwingen vanuit Den Haag en vanuit de regio’s, vergezeld van hele concrete regels, worden in de bubbel van dat misplaatste optimisme hooguit gezien als gemekker voor de vorm. Het komt toch wel goed. Ooit. En dan heb ik het niet eens over degenen, die bij hoog en laag volhouden, dat er niets aan de hand is en daar ook bewijzen voor menen aan te kunnen dragen, of de onsocialen, die het allemaal geen fuck interesseert.
Het gedrag, dat voortvloeit uit dat misplaatste optimisme wordt ook nog eens gevoed door de in onze tijd zo veel geprezen eigen verantwoordelijkheid. Ook al zo’n misbruikt en daarnaast onbegrepen woord. Misbruikt omdat het heel vaak wordt gebruikt de onmacht te verbloemen om problemen op te lossen. Onbegrepen, omdat verantwoordelijkheid niet los gezien mag worden van vrijheid en vrijheid niet van kennis, weten waar het over gaat.
Nu moet ik natuurlijk niet vervallen in theoretisch gebazel, want daar schiet niemand iets mee op, en ik weet zo langzamerhand ook dat elke mening, elke theorie, elk idee weerlegd zal worden. Wat dan eigenlijk rest is het toepassen van de methode Socrates, een oude Griekse filosoof: het stellen van vragen, liefst goede vragen. Een methode, die ook bij dominees in zwang is: de preek afsluiten, vóór het uiteindelijke amen, met een vraag. Al kan dat eigenlijk niet. Ga ik ook maar eens doen. Gewoon wat vragen stellen waarop ik zelf thuis als ik wat zit te niksen een fictief antwoord op verzin.
“Zouden de bedreigers van Famke Louise zich zelf wel aan de corona regels houden, bijvoorbeeld door na het trappen tegen haar auto hun hadden te wassen? Wat moeten mensen zonder oorschelpen beginnen, met een mondmasker? Betekent de naam mondmasker, dat dat masker alleen geldt voor het bedekken van je mond? Zou de vierdaagse van Nijmegen volgend jaar wel doorgaan? Waarom is een lock down onvermijdelijk als we er niet in slagen het virus te bedwingen? Waarom hebben covid patiënten voorrang in het ziekenhuis? Waarom noemen we het quarantaine, of isolatieplicht en niet ophokplicht.”
En zo kun je nog uren doorgaan, waarbij je vooral niet moet vergeten jezelf het antwoord schuldig te blijven.