De betaalde workout door Hans Bogers
Vandaag is het weer eens tijd om iets te vertellen over mijn ervaringen met het bezorgen van de krant. Zoals u wellicht zo langzamerhand al weet breng ik in alle vroegte diverse kranten rond in het Kornputkwartier, De Paddenpoel, De Kallenkoterallee Noordoost en het daar achterliggende deel van De Gagels. Een mooie cluster. 104 kranten door de week en 140 op zaterdag. Met de nodige en extra aandacht vergende variatie vanwege proef- en tijdelijke abonnementen. Ik bezorg mijn kranten nu weer een maand of vijf en begin al enigszins vertrouwd te raken met de route, die ik moet lopen (dat is de officiële term, of je nou fietsend, lopend, autorijdend of met een bootje kranten rondbrengt, je loopt je krantenwijk) en ik heb zelfs het parcours enigszins aan mijn eigen voorkeur aan durven passen. En die vertrouwdheid heeft iets merkwaardigs. Het gaat eigenlijk helemaal niet meer over straten en woningnummers ( Ik vraag me nog regelmatig af in welke straat ik nu weer fiets), maar meer om bijzonderheden, zoals struiken, lantaarnpalen, vlaggenstokken, merkwaardige brievenbussen, geparkeerde auto’s, bochten in de straat, muurtjes, al dan niet openstaande hekjes, deur dan wel dam verlichting, gunstige plekjes, waar je je fiets neer kunt zetten en, ja je kunt het wat richtpunten betreft zo gek niet bedenken.Â
Voor de column van vandaag wil ik daar twee bijzondere richtpunten uithalen om in een volgende column mijn volledige aandacht te wijden aan het immer op de loer liggende gevaar van sleur, automatismen, routine en onoplettendheid.Â
Maar nu dus even aandacht voor brievenbussen en de verlichting. In mijn wijkjes, of beter gezegd segmenten zijn niet zoveel straten gesitueerd waar de huizen aan het trottoir liggen en de krant daar vanaf in de brievenbus gegooid kan worden. Daar is de straatverlichting doorgaans voldoende, maar anders wordt het als de woningen wat verder van de weg afliggen. En dat zijn verreweg de meeste. En dan moet je als krantensjors over een oprit of dam door een meestal donkere tuin naar de brievenbus. Meestal gaat er een dievenlichtje branden als je in de buurt van de deur komt, maar soms blijft het donker of gaat het licht pas aan als je weer weg gaat en dat is best wel lastig. Over brievenbussen zou ik een boek vol kunnen schrijven, want zij leveren vaak problemen op: sommige bijten zich vast in je vingers, sommige weigeren de krant te accepteren en sommige maken de hele buurt wakker met hun geklep. En dat laatste is bepaald onwenselijk!Â
Tot slot en even iets heel anders: Ik las een advertentie waarin werd gevraagd om krantenbezorgers met de prikkelende kop: ‘Een betaalde workout.’ De spijker op z’n kop. Kranten bezorgen is goed voor lichaam en geest, een Total Workout dus, met een aardig zakcentje op de koop toe.Â
En wat de weersomstandigheden betreft: één van de eerste lessen die ik als beginnend politieman in Gouda leerde:Â
Een goeie politieagent wordt nooit nat. Een les waar ik nu nog de vruchten van pluk.