Geven of nemen door Hans Bogers
Je komt ze overal tegen van die mensen, die zichzelf en hun inner circle altijd en eeuwig centraal stellen. Egocentrische figuren, of ego centralen. Niet te verwarren met egoïsten, want die denken echt alleen maar aan zichzelf. Voor dit soort types bestaan andere mensen in wezen niet. Zij leven ten koste van alles en iedereen. Ego centralisten behoren weer tot een andere soort. Dat zijn mensen, die alleen met zichzelf communiceren.
Egocentrische figuren, de hoofdpersonen in deze column, trakteren nou nooit eens op iets lekkers. De gedachte alleen al. Die komt niet eens bij ze op. Ja, alleen als ze er zelf of hun clubje beter van worden. Er zelf garen bij spinnen. De kosten gaan altijd voor de baat uit. Trakteren om populair te doen.
Bezwaar tegen het krijgen van iets lekkers hebben ze niet. Integendeel. Ze staan meestal vooraan in de rij en een bedankje kan er zelden van af. Hooguit als ze er zelf baat bij hebben. Zelf hebben ze dat bijzondere trekje waarschijnlijk helemaal niet in de gaten en ook buitenstaanders onderkennen het niet en krijgen het pas na verloop van tijd in de smiezen. Er is eigenlijk ook niet veel aan te doen, maar als je erop let wordt het wel een heel onaangenaam trekje. Een trekje, dat eigenlijk iedereen in meer of mindere mate zelf ook wel heeft.
De echte ego centralen hebben het vermogen altijd alles naar zich zelf toe te vertalen. Zo doen ze alsof ze in jou geïnteresseerd zijn -en ze zijn daar heel overtuigend in-, maar als het puntje bij het paaltje komt, geldt die interesse alleen zichzelf. “Kijk mij eens geïnteresseerd zijn!” Er zijn er, bij wie die houding zo is ingesleten, dat ze het zelf altijd erger, of beter hebben meegemaakt, dat jouw verdriet over het gebroken been van je zoon, begrijpelijk is, maar dat ze het zelf ook en eigenlijk veel droeviger hebben meegemaakt. Ze zijn is staat een gesprek over jouw kommer en kwel te beginnen om het eigenlijk alleen maar te hebben over hun eigen kommer en kwel. Ze zijn in staat om een gesprek te beginnen over jouw succes om uiteindelijk uit te komen bij hun eigen succes. Complimentjes aan anderen zijn hoofdzakelijk complimentjes aan zichzelf. Voor hen is de ander eigenlijk alleen maar een opstapje naar henzelf. Trakteren zullen ze dus nooit. Tenzij het natuurlijk tot hun eigen meerdere glorie is.
Nou zijn er ook van die figuren, die zich daar bont en blauw aan ergeren en hun oordeel over die ego centralen steeds maar weer bevestigd zien. Zíj trakteren natuurlijk wél bijvoorbeeld en als ze zelf een traktatie in de schoot geworpen krijgen vinden ze een welgemeend dankjewel niet meer dan normaal. Zij zijn het standpunt toegedaan, dat geven beter is dan te ontvangen en dat zij niet alleen voor zichzelf en hun inner circle bestaan, en soms denken zij eraan om die egocentrische figuren met gelijke munt terug te betalen door zelf ook niet meer te trakteren. Voortaan trakteren afhankelijk te laten zijn van getrakteerd worden. Een gedachte, die ze maar gauw moeten laten varen, want trakteren, doe je gewoon om te trakteren.