heel lang geleden, maar wel in de tijd die ik me nog goed kan heugen, deed ik een poging om theologie te gaan studeren. waarom ik, overrijpe hbs-a leerling met maar liefst 8 schooljaren achter de rug, waar er vijf voor stonden, waarom ik die keus maakte, dat staat mij niet helemaal helder meer voor de geest, of liever dat staat me helemaal niet meer voor de geest, al bekruipt die zingevingsvraag mij zo af en toe nog wel eens. vooral als ik zwaar getafeld heb. en het is een drama in veel bedrijven te worden, bijna een gebed zonder einde, want omdat mijn opleiding op de alfa afdeling van de hogere burgers school onvoldoende was om überhaupt aan de theologie studie te mogen beginnen moest ik een colloquium doctum volgen. wat betekende, dat ik twee jaar lang twee dagen in de week zou moeten afreizen naar utrecht om daar de lessen in latijn en grieks te volgen en mij zodoende te bekwamen in de twee dode talen, die onontbeerlijk werden geacht om de statuur van predikant überhaupt te kunnen bereiken. de daarbij verwachte zelfstudie was niet aan mij besteed, want vele nevenwerkzaamheden, zoals het optreden als chauffeur bij bruiloften en begrafenissen, het verzorgen van taxiritjes, het schilderen van huizen zelfs, en daarnaast het blijmoedig lanterfanten, namen dermate veel tijd in beslag, dat er aan een serieuze voorbereiding op de studie, die mij naar de pastorie zou leiden, weinig tot niets terecht kwam. zeg maar gerust: “helemaal niets”. die twee jaren domplein in utrecht zouden volstrekt zinloos zijn geweest ware het niet, dat ik daardoor wel vrienden voor het leven heb ontmoet met. ik ontmoette ze dankzij mijn lidmaatschap van het theologische dispuut exelsior deo iuvante. hans, die toen al getrouwd was met hanneke werd in oktober 1971 mijn dispuut mentor, oftewel ‘vader’. de band, die toen is ontstaan, die is er nog steeds, ook al gingen onze wegen beroepsmatig nogal uit elkaar toen ik overstapte van het universiteitsgebouw aan het domplein in utrecht naar de opleidingsschool voor gemeentepolitie de boskamp aan de dodenweg in leusden. hans belandde in diverse pastorieën en ik in een aantal politiebureaus. hans ging met emeritaat en ik met pensioen. maar in de tijd daar tussenin bleven onze contacten bestaan en ze intensiveerden zich zelfs toen hans mijn scriptiebegeleider werd in de tijd dat ik studeerde op de nederlandse politie academie. en in de vele jaren daarna zagen en spraken we elkaar met vriendschappelijke regelmaat. vrienden voor het leven dus. een vriendschap als een lange rode draad, die nog net niet zo lang is als de huwelijksband, die hans en hanneke smeedden, alweer 50 jaar geleden. vandaag vieren we dat feestelijke gebeuren bij gaia in diepenveen en het zal niemand verbazen, dat ik daar met een goed gevoel naar uitzie.
Open contextspeler
Sluit de contextspeler
heel lang geleden, maar wel in de tijd die ik me nog goed kan heugen, deed ik een poging om theologie te gaan studeren. waarom ik, overrijpe hbs-a leerling met maar liefst 8 schooljaren achter de rug, waar er vijf voor stonden, waarom ik die keus maakte, dat staat mij niet helemaal helder meer voor de geest, of liever dat staat me helemaal niet meer voor de geest, al bekruipt die zingevingsvraag mij zo af en toe nog wel eens. vooral als ik zwaar getafeld heb. en het is een drama in veel bedrijven te worden, bijna een gebed zonder einde, want omdat mijn opleiding op de alfa afdeling van de hogere burgers school onvoldoende was om überhaupt aan de theologie studie te mogen beginnen moest ik een colloquium doctum volgen. wat betekende, dat ik twee jaar lang twee dagen in de week zou moeten afreizen naar utrecht om daar de lessen in latijn en grieks te volgen en mij zodoende te bekwamen in de twee dode talen, die onontbeerlijk werden geacht om de statuur van predikant überhaupt te kunnen bereiken. de daarbij verwachte zelfstudie was niet aan mij besteed, want vele nevenwerkzaamheden, zoals het optreden als chauffeur bij bruiloften en begrafenissen, het verzorgen van taxiritjes, het schilderen van huizen zelfs, en daarnaast het blijmoedig lanterfanten, namen dermate veel tijd in beslag, dat er aan een serieuze voorbereiding op de studie, die mij naar de pastorie zou leiden, weinig tot niets terecht kwam. zeg maar gerust: “helemaal niets”. die twee jaren domplein in utrecht zouden volstrekt zinloos zijn geweest ware het niet, dat ik daardoor wel vrienden voor het leven heb ontmoet met. ik ontmoette ze dankzij mijn lidmaatschap van het theologische dispuut exelsior deo iuvante. hans, die toen al getrouwd was met hanneke werd in oktober 1971 mijn dispuut mentor, oftewel ‘vader’. de band, die toen is ontstaan, die is er nog steeds, ook al gingen onze wegen beroepsmatig nogal uit elkaar toen ik overstapte van het universiteitsgebouw aan het domplein in utrecht naar de opleidingsschool voor gemeentepolitie de boskamp aan de dodenweg in leusden. hans belandde in diverse pastorieën en ik in een aantal politiebureaus. hans ging met emeritaat en ik met pensioen. maar in de tijd daar tussenin bleven onze contacten bestaan en ze intensiveerden zich zelfs toen hans mijn scriptiebegeleider werd in de tijd dat ik studeerde op de nederlandse politie academie. en in de vele jaren daarna zagen en spraken we elkaar met vriendschappelijke regelmaat. vrienden voor het leven dus. een vriendschap als een lange rode draad, die nog net niet zo lang is als de huwelijksband, die hans en hanneke smeedden, alweer 50 jaar geleden. vandaag vieren we dat feestelijke gebeuren bij gaia in diepenveen en het zal niemand verbazen, dat ik daar met een goed gevoel naar uitzie.
Heel lang geleden, maar wel in de tijd die ik me nog goed kan heugen, deed ik een poging om theologie te gaan studeren. Waarom ik, overrijpe HBS-A leerling met maar liefst 8 schooljaren achter de rug, waar er vijf voor stonden, waarom ik die keus maakte, dat staat mij niet helemaal helder meer voor de geest, of liever dat staat me helemaal niet meer voor de geest, al bekruipt die zingevingsvraag mij zo af en toe nog wel eens. Vooral als ik zwaar getafeld heb. En het is een drama in veel bedrijven te worden, bijna een gebed zonder einde, want omdat mijn opleiding op de alfa afdeling van de Hogere Burgers School onvoldoende was om überhaupt aan de theologie studie te mogen beginnen moest ik een colloquium doctum volgen. Wat betekende, dat ik twee jaar lang twee dagen in de week zou moeten afreizen naar Utrecht om daar de lessen in Latijn en Grieks te volgen en mij zodoende te bekwamen in de twee dode talen, die onontbeerlijk werden geacht om de statuur van predikant überhaupt te kunnen bereiken. De daarbij verwachte zelfstudie was niet aan mij besteed, want vele nevenwerkzaamheden, zoals het optreden als chauffeur bij bruiloften en begrafenissen, het verzorgen van taxiritjes, het schilderen van huizen zelfs, en daarnaast het blijmoedig lanterfanten, namen dermate veel tijd in beslag, dat er aan een serieuze voorbereiding op de studie, die mij naar de pastorie zou leiden, weinig tot niets terecht kwam. Zeg maar gerust: “Helemaal niets”. Die twee jaren Domplein in Utrecht zouden volstrekt zinloos zijn geweest ware het niet, dat ik daardoor wel vrienden voor het leven heb ontmoet met. Ik ontmoette ze dankzij mijn lidmaatschap van het theologische dispuut Exelsior Deo Iuvante. Hans, die toen al getrouwd was met Hanneke werd in oktober 1971 mijn dispuut mentor, oftewel ‘vader’ . De band, die toen is ontstaan, die is er nog steeds, ook al gingen onze wegen beroepsmatig nogal uit elkaar toen ik overstapte van het Universiteitsgebouw aan het Domplein in Utrecht naar de Opleidingsschool voor Gemeentepolitie De Boskamp aan de Dodenweg in Leusden. Hans belandde in diverse pastorieën en ik in een aantal politiebureaus. Hans ging met emeritaat en ik met pensioen. Maar in de tijd daar tussenin bleven onze contacten bestaan en ze intensiveerden zich zelfs toen Hans mijn scriptiebegeleider werd in de tijd dat ik studeerde op de Nederlandse Politie Academie. En in de vele jaren daarna zagen en spraken we elkaar met vriendschappelijke regelmaat. Vrienden voor het leven dus. Een vriendschap als een lange rode draad, die nog net niet zo lang is als de huwelijksband, die Hans en Hanneke smeedden, alweer 50 jaar geleden.
Vandaag vieren we dat feestelijke gebeuren bij Gaia in Diepenveen en het zal niemand verbazen, dat ik daar met een goed gevoel naar uitzie.
Om de beste ervaringen te bieden, gebruiken wij technologieën zoals cookies om informatie over je apparaat op te slaan en/of te raadplegen. Door in te stemmen met deze technologieën kunnen wij gegevens zoals surfgedrag of unieke ID's op deze site verwerken. Als je geen toestemming geeft of uw toestemming intrekt, kan dit een nadelige invloed hebben op bepaalde functies en mogelijkheden.
FunctioneelAltijd actief
De technische opslag of toegang is strikt noodzakelijk voor het legitieme doel het gebruik mogelijk te maken van een specifieke dienst waarom de abonnee of gebruiker uitdrukkelijk heeft gevraagd, of met als enig doel de uitvoering van de transmissie van een communicatie over een elektronisch communicatienetwerk.
Voorkeuren
De technische opslag of toegang is noodzakelijk voor het legitieme doel voorkeuren op te slaan die niet door de abonnee of gebruiker zijn aangevraagd.
Statistieken
De technische opslag of toegang die uitsluitend voor statistische doeleinden wordt gebruikt.De technische opslag of toegang die uitsluitend wordt gebruikt voor anonieme statistische doeleinden. Zonder dagvaarding, vrijwillige naleving door je Internet Service Provider, of aanvullende gegevens van een derde partij, kan informatie die alleen voor dit doel wordt opgeslagen of opgehaald gewoonlijk niet worden gebruikt om je te identificeren.
Marketing
De technische opslag of toegang is nodig om gebruikersprofielen op te stellen voor het verzenden van reclame, of om de gebruiker op een site of over verschillende sites te volgen voor soortgelijke marketingdoeleinden.
heel lang geleden, maar wel in de tijd die ik me nog goed kan heugen, deed ik een poging om theologie te gaan studeren. waarom ik, overrijpe hbs-a leerling met maar liefst 8 schooljaren achter de rug, waar er vijf voor stonden, waarom ik die keus maakte, dat staat mij niet helemaal helder meer voor de geest, of liever dat staat me helemaal niet meer voor de geest, al bekruipt die zingevingsvraag mij zo af en toe nog wel eens. vooral als ik zwaar getafeld heb. en het is een drama in veel bedrijven te worden, bijna een gebed zonder einde, want omdat mijn opleiding op de alfa afdeling van de hogere burgers school onvoldoende was om überhaupt aan de theologie studie te mogen beginnen moest ik een colloquium doctum volgen. wat betekende, dat ik twee jaar lang twee dagen in de week zou moeten afreizen naar utrecht om daar de lessen in latijn en grieks te volgen en mij zodoende te bekwamen in de twee dode talen, die onontbeerlijk werden geacht om de statuur van predikant überhaupt te kunnen bereiken. de daarbij verwachte zelfstudie was niet aan mij besteed, want vele nevenwerkzaamheden, zoals het optreden als chauffeur bij bruiloften en begrafenissen, het verzorgen van taxiritjes, het schilderen van huizen zelfs, en daarnaast het blijmoedig lanterfanten, namen dermate veel tijd in beslag, dat er aan een serieuze voorbereiding op de studie, die mij naar de pastorie zou leiden, weinig tot niets terecht kwam. zeg maar gerust: “helemaal niets”. die twee jaren domplein in utrecht zouden volstrekt zinloos zijn geweest ware het niet, dat ik daardoor wel vrienden voor het leven heb ontmoet met. ik ontmoette ze dankzij mijn lidmaatschap van het theologische dispuut exelsior deo iuvante. hans, die toen al getrouwd was met hanneke werd in oktober 1971 mijn dispuut mentor, oftewel ‘vader’. de band, die toen is ontstaan, die is er nog steeds, ook al gingen onze wegen beroepsmatig nogal uit elkaar toen ik overstapte van het universiteitsgebouw aan het domplein in utrecht naar de opleidingsschool voor gemeentepolitie de boskamp aan de dodenweg in leusden. hans belandde in diverse pastorieën en ik in een aantal politiebureaus. hans ging met emeritaat en ik met pensioen. maar in de tijd daar tussenin bleven onze contacten bestaan en ze intensiveerden zich zelfs toen hans mijn scriptiebegeleider werd in de tijd dat ik studeerde op de nederlandse politie academie. en in de vele jaren daarna zagen en spraken we elkaar met vriendschappelijke regelmaat. vrienden voor het leven dus. een vriendschap als een lange rode draad, die nog net niet zo lang is als de huwelijksband, die hans en hanneke smeedden, alweer 50 jaar geleden. vandaag vieren we dat feestelijke gebeuren bij gaia in diepenveen en het zal niemand verbazen, dat ik daar met een goed gevoel naar uitzie.
heel lang geleden, maar wel in de tijd die ik me nog goed kan heugen, deed ik een poging om theologie te gaan studeren. waarom ik, overrijpe hbs-a leerling met maar liefst 8 schooljaren achter de rug, waar er vijf voor stonden, waarom ik die keus maakte, dat staat mij niet helemaal helder meer voor de geest, of liever dat staat me helemaal niet meer voor de geest, al bekruipt die zingevingsvraag mij zo af en toe nog wel eens. vooral als ik zwaar getafeld heb. en het is een drama in veel bedrijven te worden, bijna een gebed zonder einde, want omdat mijn opleiding op de alfa afdeling van de hogere burgers school onvoldoende was om überhaupt aan de theologie studie te mogen beginnen moest ik een colloquium doctum volgen. wat betekende, dat ik twee jaar lang twee dagen in de week zou moeten afreizen naar utrecht om daar de lessen in latijn en grieks te volgen en mij zodoende te bekwamen in de twee dode talen, die onontbeerlijk werden geacht om de statuur van predikant überhaupt te kunnen bereiken. de daarbij verwachte zelfstudie was niet aan mij besteed, want vele nevenwerkzaamheden, zoals het optreden als chauffeur bij bruiloften en begrafenissen, het verzorgen van taxiritjes, het schilderen van huizen zelfs, en daarnaast het blijmoedig lanterfanten, namen dermate veel tijd in beslag, dat er aan een serieuze voorbereiding op de studie, die mij naar de pastorie zou leiden, weinig tot niets terecht kwam. zeg maar gerust: “helemaal niets”. die twee jaren domplein in utrecht zouden volstrekt zinloos zijn geweest ware het niet, dat ik daardoor wel vrienden voor het leven heb ontmoet met. ik ontmoette ze dankzij mijn lidmaatschap van het theologische dispuut exelsior deo iuvante. hans, die toen al getrouwd was met hanneke werd in oktober 1971 mijn dispuut mentor, oftewel ‘vader’. de band, die toen is ontstaan, die is er nog steeds, ook al gingen onze wegen beroepsmatig nogal uit elkaar toen ik overstapte van het universiteitsgebouw aan het domplein in utrecht naar de opleidingsschool voor gemeentepolitie de boskamp aan de dodenweg in leusden. hans belandde in diverse pastorieën en ik in een aantal politiebureaus. hans ging met emeritaat en ik met pensioen. maar in de tijd daar tussenin bleven onze contacten bestaan en ze intensiveerden zich zelfs toen hans mijn scriptiebegeleider werd in de tijd dat ik studeerde op de nederlandse politie academie. en in de vele jaren daarna zagen en spraken we elkaar met vriendschappelijke regelmaat. vrienden voor het leven dus. een vriendschap als een lange rode draad, die nog net niet zo lang is als de huwelijksband, die hans en hanneke smeedden, alweer 50 jaar geleden. vandaag vieren we dat feestelijke gebeuren bij gaia in diepenveen en het zal niemand verbazen, dat ik daar met een goed gevoel naar uitzie.