De Driesprong Eesveen: de kracht van de dorpsschool
Ouders laaiend enthousiast; méér individuele aandacht, méér tijd per leerling, kortere, informelere lijnen richting onderwijsteam.
Laura Bosscher, Marjan Bloemendaal en Erwin Buitema hebben kinderen op obs De Driesprong in Eesveen. Een knusse dorpsschool, leerlingenpopulatie rond de 45, en de ouders zijn er laaiend enthousiast over; zij ervaren dag in dag uit dat er meer individuele aandacht voor de kinderen is, de leerkrachten kunnen meer tijd per leerling besteden en zijn zeer benaderbaar.
‘De klassen zijn kleiner en (dus) rustiger en daar waren wij naar op zoek’, begint Laura Bosscher, moeder van vijf kinderen, waarvan er drie al op De Driesprong zitten en de vierde er deze week zijn opwachting maakt. ‘Onze beide oudste kinderen zijn slechthorend en wij hadden vooral met de oudste gemerkt, dat grote klassen niet heel gunstig zijn als je niet goed kunt horen. Hij had enorm veel last van een laadje dat dicht werd geschoven, of een stoel die werd verplaatst. Als je dan met dertig leerlingen zit is er dertig keer kans dat een ander kind een bijgeluid maakt; hier zitten ze met achttien kinderen in de groep. Dat scheelt toch twaalf kinderen, die minder geluid maken. Eesveen was de eerste school waar we zijn gaan kijken en de klassen zijn hier klein. De kinderen gaven gelijk aan dat het zo heerlijk rustig was, ‘het is hier zo stil’, zeiden ze’.
De dochter van Marjan Bloemendaal zit sinds de herfstvakantie op het dorpsschooltje van Eesveen. ‘We zochten een school met een veilige omgeving, waar onze dochter met plezier naar toe zou gaan. Ze heeft even tijd nodig gehad om te wennen, maar heeft hier een fijne, nieuwe basis gevonden. Ze heeft zin in school, heeft een hele lieve juf, wat natuurlijk ook een pluspunt is. Onze zoon is net vier geworden, die zit sinds de meivakantie hier op school. Die fladdert gewoon rond, heeft het prima naar zijn zin, doet alsof hij hier al jaren zit, in plaats van weken’.
In tegenstelling tot de beide vrouwen woont Erwin Buitema in Eesveen zelf. ‘Wij hebben twee mannen, één zit vanaf maart hier op school in groep 1. We hebben gekozen voor De Driesprong omdat de school echt in het dorp is. Dat vinden we leuk voor de verbinding, een veilige omgeving. Ikzelf kom ook van een hele kleine school (obs Darp) en dat heb ik, terugkijkend, heel prettig gevonden, altijd. Daarnaast vond ik het Jena-onderwijs hier op De Driesprong heel goed bij ons passen. Praktisch gezien heeft natuurlijk ook mee gewogen dat we letterlijk op loopafstand wonen’.
Marjan Bloemendaal heeft eveneens op een echt kleine school gezeten, de obs Kallenkote. Die bestaat niet meer. ‘Weet je, gelukkig begint de kleine school een beetje van het stempel ‘het is klein, dus zal het wel niet zo goed zijn’ af te geraken. Kijk liever naar de kracht van een kleine school, zoals in Eesveen in combinatie met het Jenaplan. Het kind staat zó centraal en daar is het onderwijs ook op afgestemd. Het Jenaplanonderwijs gaat immers uit van de kracht die het kind zelf heeft. Kinderen ‘moeten’ elkaar helpen, dat vind ik het mooie. Er valt hier dus niemand buiten de boot, omdat ze dingen met elkaar oplossen. Het samenwerken wordt gestimuleerd, de kinderen worden ook uitgedaagd om behulpzaam te zijn om iemand te helpen die het even niet meer weet’.
Erwin: ‘Natuurlijk, ook als kleine school, als dorpsschool, moet je met de ontwikkelingen mee, dat gebeurt hier ook. Er wordt gewerkt met laptops, digibord, logisch, de kinderen werken thuis digitaal, daar sluit de school naadloos op aan. ‘Eesveen’ heeft ook Earlybird , de Engelse les vanaf groep 1 (grijnst: al moest ik wel even wennen toen mijn zoon van 4 thuis Engels begon te spreken)’.
‘Nog zo’n voordeeltje van een dorpsschool: er zitten ouders in de ouderraad of in de kindercommissie of in de feestcommissie of in dorpsbelang. Zo zijn contacten makkelijk te leggen, de lijnen zijn erg kort. Overigens ook naar het onderwijsteam toe. Heel informeel, iedereen is erg benaderbaar’, stelt het trio ouders.
Laura: ‘Ik zou anderen vooral adviseren om naar kleinere klassen te zoeken, een school met kleine klassen, dat brengt alle kinderen veel, veel meer aandacht’. Erwin vult aan: ‘Er is veel meer tijd te verdelen per kind’. Marjan: ‘Er is heel veel individuele aandacht, juf heeft een kind heel veel individueel te bieden. Dat is een kracht van juf, maar ook van school, dat daar de ruimte voor is’. Erwin: ‘Een kind moet zich vooral fijn voelen op school. En spelenderwijs leren ze hier heel veel’.
De drie ouders besluiten met: ‘Het uitgangspunt is hier: geen huiswerk. Alles wordt op school gedaan. Thuis kun je lekker een boekje lezen, er ligt geen druk op huiswerk doen. Thuis is voor fijn spelen, thuis is ook voor thuis’.
Op de foto van links naar rechts de school Eesveen-ouders Laura Bosscher, Marjan Bloemendaal en Erwin Buitema: ‘Er is heel veel individuele aandacht, dat is zeker een kracht van school’. Eigen foto