Zegeningen van deze tijd door Hans Bogers
Zegeningen van deze tijd.
Hoewel het nog regelmatig voorkomt, dat ik me overgeef aan sombere gedachten, die meestal uitmonden in de conclusie, dat vroeger zo’n beetje alles beter was ( behalve mijn eigen persoon natuurlijk) en dat ik me koester in alleen maar positieve blij makende herinneringen, dat ik me wentel in voorbijgegaan geluk, afgewisseld met een gevoel van spijt over gemiste kansen, hoewel dat allemaal regelmatig voorkomt: er zijn toch steeds meer momenten, dat ik blij ben met het leven, dat ik nu leid. Dan ben ik in staat al mijn zegeningen te tellen. Ja zelfs één voor één, zoals de Heilige Schrift het voorschrijft.
Dan verheug ik me op mijn wekelijks trainingsuurtjes bij mijn favoriete sportschool, de Zumba experience, het heerlijke douchen na afloop en de gezellige nazit. Dan verheug ik mij op de fietstochtjes rondom Steenwijk, de wandelingen al dan niet in het kader van de training voor de vierdaagse. Dan geniet ik van het akoestische muziekavondje, op you tube weliswaar, met Joe Bonamassa,of zit ik met plezier voor mezelf wat te pielen op de piano thuis, die me nu alweer 39 jaar gezelschap houdt. Dan prijs ik me tevreden met de slos, de productie avonden, de uitzendingen van het actualiteitenprogramma Kopwijzer op zaterdag, met de vaak zo interessante interviews. Dan denk ik met genoegen aan de raadsvergaderingen, de politieke markten en de gesprekken met B&W. En natuurlijk niet te vergeten mijn burgerlijke bestaan: huisje, boompje, beestje, ondanks alle minachting, die ik ooit voor een dergelijk bestaan heb gevoeld. Die zegeningen: ik raak eigenlijk maar niet uitgeteld. Maar er is één zegening, die al die andere in de schaduw stelt. Lijkt het. De zegening van internet en alles wat daarmee samenhangt. Indrukwekkend hoe die informatie- en communicatietechnologie zich heeft ontwikkeld. Door geen mens, en zeker niet door mij, meer bij te benen. Maar wel een ontwikkeling met zeer scherpe en vervelende kantjes, waarvan we al helemaal niet weten, of die de oorzaak zullen worden van onze ondergang. Neem nou bijvoorbeeld het fenomeen van de accounts en de wachtwoorden. Waarom het ene woord in het Engels moet en het andere in het Nederlands, dat weet ik niet, dat zal heus wel z’n reden hebben, maar het begint er zo langzamerhand op te lijken, dat je zo’n beetje voor alles een account moet aanmaken met een daarbij behorend wachtwoord, bestaande uit minstens acht lettertekens, waarvan minstens één cijfer en het liefst nog een hoofdletter en een apart symbool. Met als belangrijke tip, dat wachtwoord te bewaren in de zich tussen je oren bevindende cloud, ook wel je, in je grijze cellen vervatte, geheugen genoemd. En al die andere zegeningen kunnen niet voorkomen, dat ik bekropen word door het ontluisterende gevoel, dat je binnen afzienbare tijd verplicht een account en een wachtwoord moet maken, en daarmee kunt volstaan om in de hemel te worden toegelaten. Met als bijzonder voordeel, dat je dàt wachtwoord nooit meer hoeft te onthouden.