Doppen door Hans Bogers
Het paasgevoel heeft mij dit jaar pas laat bekropen. Wellicht komt dat vanwege het feit, dat de paasdagen dit jaar nogal vroeg vallen, naar men zegt, maar ik houd het er meer op, dat mijn biologische klok van slag is geraakt door de gemeenteraadsverkiezingen, die ik voor het eerst in de tweeëndertig jaar, dat ik in Steenwijk woonachtig ben, echt intensief heb meegemaakt. Afgelopen witte donderdag zette Rob Bats er, met de installatie van 26 raadsleden, in een waardige en goed georganiseerde raadsvergadering een punt achter. Het is mooi geweest. We moeten weer aan de slag met het echte werk. Het volk heeft gesproken. Het is nu tijd voor daden. De handen uit de mouwen. Ja drukke tijden breken aan. Er moet indringend gesproken worden over de bestuurlijk/politieke uitgangspunten voor de komende vier jaar; er moet een nieuw college worden gevormd en de eerste onderwerpen, die in de komende Politieke Markt besproken zullen worden hebben al tot discussies geleid.
Druk dus. Net zo druk als het was in het restaurant na afloop van die soepel en snel verlopen raadsvergadering. En gezellig. Toch was het voor mij persoonlijk niet een al te geslaagde bijeenkomst. Allereerst omdat ik mij voor deze toch wel gewichtige avond niet passend had gekleed. Nou heb ik dat wel vaker, dat ik de verkeerde kleren aantrek voor de verkeerde gelegenheid, maar dat mag zeker geen excuus zijn. Erger, veel erger wellicht, was de blunder, die ik in het restaurant maakte. En om dat te kunnen verklaren, moet u weten, dat ik voor een paar vriendinnen flessendoppen verzamel ten bate van een blindengeleidehonden project. Ik ben daardoor zelfs zo geobsedeerd geraakt, dat mijn wandel – en fietstochten voordurend worden onderbroken als ik weer een dop in de berm waarneem. En er liggen nogal wat flessen langs de weg! Nu wil het geval dat tijdens de feestelijke bijeenkomst in het gemeenterestaurant op de bar diverse dienbladen met dranken waren neergezet, zodat een ieder zelf een drankje kon pakken en om nu te voorkomen, dat men abusievelijk een niet gewenst drankje tot zich zou nemen (bijna niks is zo erg om bijvoorbeeld karnemelk te drinken terwijl je melk verwacht) was voor elke rij gevulde glazen een dop van de bijpassende dranksoort neergelegd. Handig, maar in mijn honger naar doppen realiseerde ik me de bedoeling niet, die daarachter zou kunnen zitten en ik eigende me die doppen gewoon toe. Opgeruimd staat netjes toch?
Maar voor ik ze in mijn zak kon steken, werd ik door de bode tot de orde geroepen. Beschaamd legde ik de doppen terug en beloofde het niet meer te zullen doen. Dat ik daarbij abusievelijk een jus d’orange dop voor de rij rode wijn heb neergelegd heeft er hopelijk niet toe geleid, dat een zich nuchter wanend raadslid enigszins aangeschoten of beneveld naar huis is gefietst.