Schriftelijke vragen over: gronden met bestemming maatschappelijk in Steenwijkerland

Betreft: Schriftelijke vragen over: gronden met bestemming maatschappelijk in Steenwijkerland
conform artikel 39 reglement van orde

Geacht college,

Aanleiding

In de raadsvergadering van 30 maart jl. heeft de Raad besloten dat de vigerende bestemming ‘maatschappelijk’ op de gronden aan de Tukseweg 134 niet gewijzigd mocht worden in de bestemming ‘Bedrijven categorie 2’ ‘met bedrijfswoning’. De raad heeft dit onderbouwd door aan te geven (kort):
– dat deze bestemming op deze plaats niet wenselijk is en
– dat de omwonenden niet voldoende in de plannen zijn betrokken.
Tevens is de suggestie gewekt dat de omwonenden door de nieuwe bestemming benadeeld worden ten opzichte van de vigerende bestemming en dat er daarom geen instemming verleend kan worden. D66 heeft voor het raadsvoorstel gestemd omdat voor D66 (planologisch gezien) de juiste argumenten ontbraken om tegen de bestemmingswijziging te stemmen.

Overwegingen
D66 verwacht dat uw college vaker voorstellen voor bestemmingswijzigingen aan de raad voor zal leggen. Zoals voor de locatie van de oude bibliotheek. En het zou zo maar kunnen voor de locaties aan de Stationsstraat en de Oostwijkstraat, waar nu nog schoolgebouwen staan.
D66 maakt zich zorgen over de rechtszekerheid van de aanvragers voor bestemmingswijzigingen. D66 maakt zich ook zorgen over de rechtszekerheid van omwonenden. Of zij op de hoogte zijn van hun rechten bij bestemmingswijzigingen voor (gemeentelijke) gronden met de bestemming maatschappelijk in hun leefomgeving en op welk moment die rechten het beste uitgeoefend kunnen worden (voor of na verkoop van de gronden). En D66 maakt zich zorgen of er voldoende locaties met maatschappelijke bestemming binnenstedelijk overblijven om in behoefte van onze inwoners te voorzien.

Het roept bij D66 de volgende vragen op

1. Welke visie heeft het college op gronden/ locaties in de gemeente die thans de bestemming maatschappelijk hebben?
2. Hoeveel gronden/ locaties en voor welke maatschappelijke bestemmingen voorzien in de behoefte van onze inwoners?
3. En hoeveel gronden/ locaties met maatschappelijke bestemming verwacht het college nog te verkopen?
4. Welke strategie hanteert het college bij de verkoop van gronden met een maatschappelijke bestemming (Aan wie verkoopt het college? Wordt de koper geïnformeerd over de planologische mogelijkheden? Wordt het belang van de koper meegenomen? Worden de omwonenden daarbij betrokken? Etc.
5. Welke aanvragen voor bestemmingswijzigingen waar nu een maatschappelijke bestemming op rust, verwacht het college in de nabije toekomst?
6. Hoe betrekt het college de omwonenden van gronden met de bestemming maatschappelijk wanneer het college plannen heeft, bijvoorbeeld het plan om te verkopen of het plan om de bestemming te wijzigen?
7. Wat is de reden dat het college gronden met maatschappelijke bestemming eerst verkoopt en daarna de aanvrager de bestemming laat wijzigen? Waarom verkoopt het college geen dure woongrond?
8. Welke locatie met maatschappelijke bestemming wordt voor de bibliotheek geschikt geacht?

Met vriendelijke groeten,

Emmy Elgersma
Fractie D66